AOW

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  AOW    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌaʔoˈwe/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • AOW
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoudbezitsvorm meervoud
naamwoord AOWAOWs -
verkleinwoord -- -

Eigennaam

deAOWv/m

  1. geen meervoud (economie) (Nederland) regeling voor verplicht, collectief ouderdomspensioen sinds 1956
    • De AOW start op steeds oudere leeftijd. 
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
  • algemeen pensioen (Suriname)
  • AOV (Caribisch deel van het Koninkrijk)
  • wettelijk pensioen (België)
enkelvoud meervoud
naamwoord AOW -
verkleinwoord AOW'tje AOW'tjes

Zelfstandig naamwoord

deAOWv/m

  1. (Nederland) uitkering volgens de regeling voor collectief ouderdomspensioen
    • Zij kon maar net leven van haar AOW. 

Gangbaarheid

  • Het woord AOW staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.