CSS
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: CSS (hulp, bestand)
- IPA: / ˌseʔɛsˈɛs / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- CSS
Woordherkomst en -opbouw
- (letterwoord) van Engels CSS cascading style sheets, zo genoemd omdat in een bestand in CSS weer andere bestanden in CSS kan oproepen, wat het beeld oproept van een waterval van beschrijvingen die ten slotte in één beschrijving uitmonden
- | enkelvoud | bezitsvorm | meervoud |
---|---|---|---|
naamwoord | CSS | - | - |
verkleinwoord | - | - | - |
Eigennaam
- (internet) taal voor het vastleggen van de opmaak van documenten die in HTML en XML zijn geschreven
- ▸ Grofweg: wil je aan de ‘front-end’ werken, het uiterlijk van websites, apps en programma’s, dan is het nuttig om HTML, CSS, Javascript en PHP te leren.[1]
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'CSS' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Laura Wismans“Hello world: zo leer je jezelf programmeren” (6 mei 2015) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.