Geeuw

Niet te verwarren met: geeuw

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  Geeuw    (hulp, bestand)
  • IPA: /ɣew/
Woordafbreking
  • Geeuw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoudbezitsvorm meervoud
naamwoord Geeuw- -
verkleinwoord -- -

Eigennaam

Geeuw v[2]/m[3]

  1. (toponiem: rivier) rivier in Friesland
    • De Elfstedentocht voert deels over de bevroren Geeuw. 
  2. naam van een watergang bij Grouw
  3. naam van een kanaal bij Siddeburen
  4. naam van een meer bij Warns
Gelijkklinkende woorden
Afgeleide begrippen
  • [1] Geeuwaquaduct, Geeuwbruggen, Geeuwkade, Geeuwkelder, Geeuwpolder

Gangbaarheid

  • Het woord 'Geeuw' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Geau in het Woordenboek der Friese Taal
  2. Zowel 'geau' als 'gouw' zijn (ook) vrouwelijk, zie ook:
    A7 aquaduct webpagina eerste alinea, laatste zin; geraadpleegd 2013-08-19
  3. rivieren genus op VRT Taalnet
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.