Nennwort

Duits

Uitspraak
  • Geluid:  Nennwort    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈnɛnvɔʁt/
Woordafbreking
  • Nenn·wort
enkelvoud meervoud
nominatief das Nennwortdie Nennwörter
genitief des Nennwort(e)sder Nennwörter
datief dem Nennwort(e)den Nennwörtern
accusatief das Nennwortdie Nennwörter

Zelfstandig naamwoord

Nennwort o

  1. naamwoord
    «„Auto“ und „Fluss“ sind Nennwörter
    "Auto" en "rivier" zijn naamwoorden.
Synoniemen
Hyponiemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.