Spiel

Duits

Uitspraak
  • Geluid:  Spiel    (hulp, bestand)
  • Geluid:  Spiel (Oostenrijk)    (hulp, bestand)
  • IPA: /ʃpiːl/
Woordafbreking
  • Spiel

Zelfstandig naamwoord

Spiel o

  1. spel
    «Wir dachten uns immer neue Spiele aus.»
    Wij bedachten altijd nieuwe spellen.
Verbuiging
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.