Stock

Duits

Uitspraak
  • IPA: /ʃtɔk/
Woordafbreking
  • Stock
Naar frequentie 1787
enkelvoud meervoud
nominatief der Stockdie Stöcke(r)
genitief des Stock(e)sder Stöcke(r)
datief dem Stockden Stöcke(r)n
accusatief den Stockdie Stöcke(r)

Zelfstandig naamwoord

Stock, m

  1. staf
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.