aanleunwoning

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanleunwoning    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈanlønˌwonɪŋ/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·leun·wo·ning
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aanleunwoning aanleunwoningen
verkleinwoord aanleunwoninkje aanleunwoninkjes

Zelfstandig naamwoord

deaanleunwoningv

  1. woning bij bejaardentehuis voor zelfstandig wonende bejaarden

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord aanleunwoning staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.