aanloophuis

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanloophuis    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈanlopˌhœys/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·loop·huis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aanloophuis aanloophuizen
verkleinwoord aanloophuisje aanloophuisjes

Zelfstandig naamwoord

hetaanloophuiso

  1. huis voor tijdelijke opvang van daklozen

Gangbaarheid

  • Het woord aanloophuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.