aanloopmoeilijkheden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanloopmoeilijkheden    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈanlopˌmujləkhedə(n)/ (6 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·loop·moei·lijk·he·den
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aanloopmoeilijkheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deaanloopmoeilijkhedenmv

  1. de problemen die er zijn bij het beginnen van iets nieuws
    • De noodlijdende zoutfabriek Frima is failliet. Het Harlingse bedrijf kende al vanaf de opening in 1995 problemen door aanloopmoeilijkheden en een achterblijvende productie.[1] 
    • Na de demonstratie tegen Italië, met de eerste 3-0 sinds een onbetekenende oefenpot in Franeker 1989, was het begrijpelijk dat Nederland zondag aanloopmoeilijkheden kende tegen Joegoslavië.[2] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Volkskrant 14 juli 2000
  2. Volkskrant JOHN VOLKERS 15 september 1997
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.