aanpassingsperiode

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanpassingsperiode    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈampɑsɪŋsˌperijodə/ (7 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·pas·sings·pe·ri·o·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aanpassingsperiode aanpassingsperioden, aanpassingsperiodes
verkleinwoord aanpassingsperiodetje aanpassingsperiodetjes

Zelfstandig naamwoord

deaanpassingsperiodev

  1. een periode die nodig is of verondersteld wordt nodig te zijn voor een aanpassing
    • Deze personen kunnen na een aanpassingsperiode minimaal drie maanden en op basis van een positief advies van een oogarts weer geschikt worden verklaard voor rijbewijzen van groep 2. 
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord aanpassingsperiode staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.