aardigheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aardigheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • aar·dig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aardigheid aardigheden
verkleinwoord aardigheidje aardigheidjes

Zelfstandig naamwoord

deaardigheidv

  1. het prettige, het bevallige
     Wij kregen de verzekering dat het geheim bewaard zou blijven, maar de man leek versuft, en hoewel wij terugkeerden naar ons „toneel", was de aardigheid er eigenlijk af.[2]
  2. grapje
  3. kleine lieve verrassing
  4. eigenaardigheid (Vlaams)
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aardigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. aardigheid op website: Etymologiebank.nl
  2. Victoria Holt
    “Bekentenissen van een koningin” (1968), Saga, ISBN 9788726484847
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.