achterhar
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: achterhar (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɑxtərˌhɑr / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- ach·ter·har
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van achter bw en har zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | achterhar | achterharren |
verkleinwoord | achterharretje | achterharretjes |
Zelfstandig naamwoord
de achterhar v / m
- (waterbeheer) verticale balk in sluisdeur (puntdeur) aan de kant van de sluiswand
- ▸ De voor- en achterhar van een puntdeur bij sluiswerken worden door de regels eveneens in dezen geest belast.[2]
Gangbaarheid
- Het woord 'achterhar' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron ir. M.J.H. TjadenWeerstand van hout loodrecht op de vezelrichting. (20 mei 1911) in: De Ingenieur , jrg 26, no 20,, Koninklijk Instituut van Ingenieurs, p. 519
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.