afbenen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afbenen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·be·nen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

afbenen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afbenen
beende af
afgebeend
zwak -d volledig
  1. een weg tot het einde lopen
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord afbenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
62 %van de Nederlanders;
68 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.