afschatten

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afschatten    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·schat·ten
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

afschatten [2]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afschatten
schatte af
afgeschat
zwak -t volledig
  1. het maken van een schatting


Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord afschatten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.