afschitteren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afschitteren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·schit·te·ren
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

afschitteren [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afschitteren
schitterde af
afgeschitterd
zwak -d volledig
  1. licht geven door weerkaatsen van opvallend licht
  2. naar beneden verspreiden van licht


Gangbaarheid

  • Het woord 'afschitteren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.