afvezelen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afvezelen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·ve·ze·len
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

afvezelen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afvezelen
vezelde af
afgevezeld
zwak -d volledig
  1. verslijten van stoffen die gemaakt zijn van plantaardige vezels
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'afvezelen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
35 %van de Nederlanders;
61 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.