afvoerroute

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afvoerroute    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·voer·rou·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord afvoerroute afvoerroutes
verkleinwoord afvoerroutetje afvoerroutetjes

Zelfstandig naamwoord

deafvoerroutev/m

  1. trafject waarlangs goederen weggevoerd kunnen worden
     Afgaande op de weerstand tot dusver is het aannemelijk dat de Raad van State uiteindelijk ook een oordeel moet vellen over de plannen. Eind vorig jaar zorgde de geplande ontsluiting van het park via de Usserleveenweg nog voor veel rumoer. In de ogen van vele betrokkenen is deze smalle weg niet geschikt als aan- en afvoerroute.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'afvoerroute' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Bert Hellegers
    “Bungalowpark op Het Rutbeek: 'mogelijk bouwen in 2020'” (19-09-2018), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.