agency

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  agency (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈeɪ.d͡ʒən.si/
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
agency agencies

Zelfstandig naamwoord

agency

  1. (bedrijf) agentuur, agentschap, bureau, onderneming die voor opdrachtgevers optreedt
  2. (regering) agentschap, dienst, zelfstandig functionerende instelling die een overheidstaak uitvoert
  3. (sociologie) handelingsvermogen, handelingsmacht, vermogen tot zelfstandig handelen

Gangbaarheid

100 %van de Amerikanen;
99 %van de Britten.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 18 februari 2020 “Measures of word prevalence for 61,800 English words” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.