aiber

Drents

enkelvoud meervoud
naamwoord aiber aibers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

aiber

  1. (ooievaarachtigen) ooievaar, stork
Schrijfwijzen
Synoniemen
Hyperoniemen


Nedersaksisch

enkelvoud meervoud
naamwoord aiber aibers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

aiber

  1. (ooievaarachtigen) ooievaar, stork
Schrijfwijzen
Synoniemen
  • Aadboor
  • Aadebar
  • Äbäär
  • Addebaar
  • Adebeer
  • Adeboor
  • Aebär
  • Ajewaar
  • Ebeer
  • Eebeer
  • eilaever
  • eilever
  • eileuver
  • euver
  • Haadbaa
Hyperoniemen

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.