alfalfa
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: alfalfa (hulp, bestand)
Woordafbreking
- al·fal·fa
Woordherkomst en -opbouw
- Via Engels en Spaans afkomstig van Arabisch الفصفصة al-fíṣfiṣa, al-fáṣfaṣa, "vers veevoer". [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | alfalfa | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de alfalfa v / m
- (groente) ontkiemde zaden van luzerne Medicago sativa
Synoniemen
- alfalfakiemen, katjang-idjoekiemen, luzernekiemen
Verwante begrippen
- alfalfasap, Franse klaver, lucerne, luzerne, luzerneklaver
Vertalingen
Vertalingen
1. ontkiemde zaden van luzerne
|
|
Gangbaarheid
- Het woord alfalfa staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "alfalfa" herkend door:
74 % | van de Nederlanders; |
33 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] alfalfa op Wikidata
Verwijzingen
- ↑ alfalfa op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.