angstcultuur
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: angstcultuur (hulp, bestand)
Woordafbreking
- angst·cul·tuur
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van angst en cultuur
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | angstcultuur | angstculturen |
verkleinwoord | angstcultuurtje | angstcultuurtjes |
Zelfstandig naamwoord
de angstcultuur v
- 'cultuur' die in bepaalde organisaties aanwezig is waardoor misstanden kunnen blijven bestaan omdat de medewerkers bang zijn
- "In onderwijs heerst een angstcultuur" [1]
- ▸ Angstcultuur: In een interview met Indian Express zei ook Vinesh Phogat aanvankelijk niet bij de politie te durven klagen. Nu dit wel is gedaan gaat ze ervan uit dat ze door anderen in de sportwereld gestraft zal worden. "We weten dat we het moeilijk gaan krijgen, zelfs als we deze strijd winnen. Niet alleen tijdens onze carrières, maar zelfs ook daarna."[2]
Verwante begrippen
- bedrijfscultuur, klokkenluider, intimidatie, verborgen agenda, machtsmisbruik
Gangbaarheid
- Het woord angstcultuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ www.volkskrant.nl
- ↑ Weblink bron Aletta André“Worstelprotest werpt licht op seksueel misbruik in de Indiase sportwereld” (dinsdag 23 mei 2023, 20:45), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.