arbeidsplicht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: arbeidsplicht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ar·beids·plicht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van arbeid zn en plicht zn met het invoegsel -s- [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | arbeidsplicht | arbeidsplichten |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de arbeidsplicht v / m
- het moeten werken
- ▸ Uit cijfers van Divosa blijkt dat ongeveer 10 procent van de Nederlanders met een bijstandsuitkering een ontheffing van de arbeidsplicht heeft. Mensen met een ontheffing zijn niet verplicht werk te zoeken, een baan te aanvaarden of te behouden. Je kunt zo'n vrijstelling krijgen als je bijvoorbeeld arbeidsongeschikt bent verklaard of een alleenstaande ouder bent.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord arbeidsplicht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Weer meer mensen uit de bijstand, wie zitten er nog wel in?” (Donderdag 31 mei 2018, 16:26), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.