atrofie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  atrofie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • atro·fie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘onvoldoende voeding’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1669 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord atrofie atrofieën
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deatrofiev

  1. (medisch) verschrompeling van organen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord atrofie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
72 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
atrofiar

atrofie

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van atrofiar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van atrofiar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van atrofiar
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.