autoverkoper
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: autoverkoper (hulp, bestand)
- IPA: / ˈotovərˌkopər / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- au·to·ver·ko·per
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van auto en verkoper
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | autoverkoper | autoverkopers |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de autoverkoper m
- (beroep) iemand die auto's verkoopt als beroep
- De deskundige autoverkoper werkt bij een autodealer.
Gangbaarheid
- Het woord autoverkoper staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "autoverkoper" herkend door:
| 100 % | van de Nederlanders; |
| 98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.