balkostuum

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  balkostuum    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bal·kos·tuum
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord balkostuum balkostuums
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetbalkostuumo [1]

  1. feestkleding die men draagt op een bal
     'Het kostuum, vast een balkostuum, staat haar geweldig.[2]
     Toen hij door die kamer liep, leverde Andrea het bewijs dat hij behalve intelligent en bijdehand ook heel vooruitziend was, want hij deed de duurste van de tentoongestelde versierselen naar zijn balkostuum verhuizen.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord 'balkostuum' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.