balkoure

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  balkoure    (hulp, bestand)
  • IPA: /bɑlˈkɑurə/
Woordafbreking
  • bal·kou·re
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord balkoure balkoures
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de balkoure v / m

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) degene die in de synagoge de Tora voorleest
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'balkoure' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.