bauno

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bauno    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bau·no
enkelvoud meervoud
naamwoord bauno bauno's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

bauno

  1. (bloemplanten) Mangifera caesia  een weinig bekende verwant van de mango (Mangifera indica ). Het is een tot 40 m hoge, groenblijvende boom. De bladeren zijn afwisselend geplaatst, elliptisch of lancetvormig, 10–30 cm lang en tot 8 cm breed. De bladeren staan vaak dicht opeen aan het einde van de twijgen. De bloemen groeien in eindstandige trossen. De bloemen zijn lichtviolet van kleur en verspreiden een zoete geur
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'bauno' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.