bedillerig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bedillerig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·dil·le·rig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen bedillerigbedillerigerbedillerigst
verbogen bedillerigebedillerigerebedillerigste
partitief bedillerigsbedillerigers-

Bijvoeglijk naamwoord

bedillerig [1]

  1. op een onaangename manier bemoeizuchtig
     Maar dat bedillerige, het voorschrijven wat de toeristen wel of niet zouden mogen drinken, dat schiet de overgrote meerderheid van de lezers totaal in het verkeerde keelgat (!).[2]
     Het is een oude gedachte: baas in eigen buik. Gevolg is dat men Gods wet steeds meer als bedillerig gaat ervaren. De wet past niet bij de vrijheidsopvatting van veel mensen.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bedillerig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
66 %van de Nederlanders;
37 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    MARJOLEIN SCHIPPER
    “Drooglegging” (02 mei 2015), De Telegraaf
  3. Weblink bron “"Geen reformatie, geen nadere reformatie maar een radicale reformatie"” (08-05-2008), Reformatorisch Dagblad
  4. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.