bedrijfsbrandweer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bedrijfsbrandweer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·drijfs·brand·weer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bedrijf zn en brandweer zn met het invoegsel -s- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bedrijfsbrandweer | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de bedrijfsbrandweer v / m
- een particulier brandweerkorps van een bedrijf of instelling
- ▸ In een chemische fabriek wilde ik samen met NOS-correspondent Peter d'Hamecourt een reportage maken over het hoofd van de bedrijfsbrandweer, een vriendelijke man met een zware zwarte bril en dito snor.[2]
- ▸ Hennie Raanhuis, ooit begonnen bij de bedrijfsbrandweer bij de Servo, kreeg de onderscheiding voor 22 jaar trouwe dienst. "Jouw eerste uitruk was naar een grote brand bij Haarman, een installatie- en taxibedrijf. Jaren later rukte je ook uit naar de vuurwerkramp in Enschede. Een drama dat diepe indruk op je heeft gemaakt", aldus Nauta.[3]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord bedrijfsbrandweer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Het brilletje van Tsjechov : reizen door Rusland” (2014), Atlas Contact , ISBN 9789045024875
- ↑ Weblink bron Jantien Bussink“Brandweerlieden Raanhuis en Bultman uit Delden koninklijk onderscheiden” (11-01-2020), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.