bedrijfsmiddel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bedrijfsmiddel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·drijfs·mid·del
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bedrijfsmiddel bedrijfsmiddelen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetbedrijfsmiddelo

  1. goederen die men nodig heeft voor het functioneren van een bedrijf
     Alleen investeringen boven een bedrag van 1500 euro per bedrijfsmiddel (zoals een machine of bestelbus) komen in aanmerking voor aftrek. De aanvraag moet in totaal meer dan 20.000 euro bedragen.[1]
     Het geld bleek volgens S. uiteindelijk toch niet meteen in zijn geheel nodig voor de aankoop van bedrijfsmiddelen en daarom ’leende’ hij het tijdelijk om de hypotheek rond te krijgen.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord bedrijfsmiddel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Staatssecretaris paait oppositie met extra voordeel voor kleine en groene ondernemer” (05-10-2020), Tubantia
  2. Weblink bron “Acht jaar cel geëist tegen boer Gert S. voor branden in eigen bedrijf” (02 dec. 2021), De Telegraaf
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.