beenweefsel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  beenweefsel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • been·weef·sel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord beenweefsel beenweefsels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetbeenweefselo

  1. zeer stevig bindweefsel met kalk waaruit botten zijn opgebouwd
    • Door de tandwortel in te drukken en kauwbewegingen na te bootsen, bleken de cellen tot groei te worden geactiveerd. Ze veranderden van fibroblasten (jonge bindweefselcellen) tot osteoblasten/cementoblasten (beenweefsel cellen). Er ontstonden weefselstructuren met de voor wortelvlies gewenste soepele eigenschappen. In vervolgstudies aan de Radboud Universiteit Nijmegen zullen onderzoekers proberen om bij dieren wortelvlies te kweken.[2] 
Synoniemen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord beenweefsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.