bees

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bees    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bees
enkelvoud meervoud
naamwoord bees bezen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bees m (Zuid-Nederlands)

  1. kus, zoen
Gelijkklinkende woorden

Werkwoord

vervoeging van
bijzen

bees

  1. enkelvoud verleden tijd van bijzen
    • Ik bees. 
    • Jij bees. 
    • Hij, zij, het bees. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'bees' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Afrikaans

Uitspraak
  • geluid 
Woordafbreking
  • bees
enkelvoud meervoud
naamwoord bees beeste

Zelfstandig naamwoord

bees

  1. (evenhoevigen), (veeteelt) rund
  2. (persoon), (dysfemisme) onbeschoft mens

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  bees (VS)    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bees

Zelfstandig naamwoord

bees mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord bee
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.