bekkenpijn

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bekkenpijn    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bek·ken·pijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bekkenpijn bekkenpijnen
verkleinwoord bekkenpijntje bekkenpijntjes

Zelfstandig naamwoord

debekkenpijnv/m

  1. (medisch) pijn in het bekken door endometriose
     Endometriose is een aandoening waarbij weefsel dat op baarmoederslijmvlies lijkt, buiten de baarmoeder groeit. Het kan leiden tot buikklachten, bekkenpijn en pijn tijdens de seks, menstruatie of stoelgang. Daarnaast kan de patiënt te maken krijgen met verklevingen, vochtophopingen en onvruchtbaarheid. 1 op de 10 vrouwen heeft endometriose.[1]
  2. (medisch) bekkenklachten door overbelasting of trauma
     Janneke leefde jarenlang met ondraaglijke bekkenpijn, maar rent nu weer de marathon: Janneke van Heugten (45) ziet na een val in Frankrijk haar bekkeninstabiliteit voor de zoveelste keer verslechteren. De ondraaglijke pijn, het niet kunnen zitten, de kilo’s die erbij vliegen: ze is het helemaal zat. Voorzichtig begint ze met wandelen. Inmiddels heeft ze haar eerste halve marathon gelopen en staan er nog twee op de planning. Op LinkedIn deelt ze haar transformatie. ,,Ik wil laten zien hoe belangrijk het is dat je je lichaam vooropzet.”[2]
  3. (medisch) pijn in het bekken ontstaan door zwangerschap en bevalling
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord bekkenpijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Hieke Dijkstra
    “Meer vrouwen naar de specialist met klachten die passen bij endometriose” (vrijdag 12 juli 2024, 06:33), NOS
  2. Weblink bron
    Marloes van Wijnen
    “Janneke leefde jarenlang met ondraaglijke bekkenpijn, maar rent nu weer de marathon” (24-04-2022), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.