beter
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: beter (hulp, bestand)
- IPA:/ ˈbetər / (2 lettergrepen); /'beːtər/
Woordafbreking
- be·ter
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | beter | ||
verbogen | betere | ||
partitief | - | beters | - |
Bijvoeglijk naamwoord
beter
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van goed
- gezond na ziekte
- Ik denk dat ik morgen beter ben, maar vandaag ben ik nog ziek.
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
|
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
beteren |
beter
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beteren
- Ik beter.
- gebiedende wijs van beteren
- Beter!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beteren
- Beter je?
Verwante begrippen
- [1] beteer
Gangbaarheid
- Het woord beter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "beter" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[5] |
Verwijzingen
- ↑ "beter" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ beter op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Rob Gollin“De helling van de mooie meisjes knijpt de renner de keel dicht” (10 juli 2019), de Volkskrant
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.