bevrijdingsjaar

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bevrijdingsjaar    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·vrij·dings·jaar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bevrijdingsjaar bevrijdingsjaren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het bevrijdingsjaar o

  1. jaar dat men bevrijd wordt van een vreemde bezetter
    ▸ Het bevrijdingsjaar van dag tot dag[1]
    ▸ Op het IJ in Amsterdam heeft vanmiddag enkele uren een geïmproviseerde brug gelegen, een tijdelijk monument dat herinnert aan de 'hongerbrug' in het bevrijdingsjaar.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord 'bevrijdingsjaar' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. ↑ Weblink bron “Met herdenking Slag om de Schelde begint viering 75 jaar vrijheid” (Zaterdag 31 augustus 2019, 08:09), NOS
  2. ↑ Weblink bron “Amsterdam had weer even zijn 'hongerbrug'” (Donderdag 5 mei 2016, 13:04), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.