bewerker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bewerker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·wer·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bewerker | bewerkers |
verkleinwoord | bewerkertje | bewerkertjes |
Zelfstandig naamwoord
de bewerker m
- iemand die dingen verandert
- apparaat dat een verandering teweeg brengt
Synoniemen
Hyponiemen
- diamantbewerker, hoofdbewerker, metaalbewerker, steenbewerker
Verwante begrippen
- mannelijke vorm van bewerkster
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord bewerker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bewerker" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.