bh

Niet te verwarren met: Bh

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bh    (hulp, bestand)
enkelvoud meervoud
naamwoord bh bh's
verkleinwoord bh'tje bh'tjes

Zelfstandig naamwoord

debhm

  1. (afkorting), (kleding) beha, bustehouder
    • Tijdens het sporten had de vrouw een stevige sportbh nodig. 

Gangbaarheid

  • Het woord bh staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈbeːhoː /
Woordafbreking
  • bh
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   bh     bh-en     bh-er     bh-ene  
genitief   bhs     bh-ens     bh-ers     bh-enes  
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

bh, m

  1. (kleding), (afkorting) beha
Schrijfwijzen
Synoniemen

Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈbeːhoː /
Woordafbreking
  • bh
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkorting van het Nynorskie zelfstandige naamwoord brysthaldar
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   bh     bh-en     bh-ar     bh-ane  

Zelfstandig naamwoord

bh, m

  1. (kleding), (afkorting) beha
Schrijfwijzen
Synoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.