bijziend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bijziend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bij·ziend
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen bijziendbijzienderbijziendst
verbogen bijziendebijzienderebijziendste
partitief bijziendsbijzienders-

Bijvoeglijk naamwoord

bijziend

  1. alleen van dichtbij scherp kunnen zien
    • Mijn bijziende oma moest de krant altijd op 10 centimeter houden om de tekst te kunnen lezen. 
    • Er zijn best evolutionaire redenen te verzinnen waarom bijziende mensen zoveel intelligenter zijn dan verziende mensen. 
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bijziend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.