binnenvaartuig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: binnenvaartuig (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bin·nen·vaar·tuig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van binnen bw en vaartuig zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | binnenvaartuig | binnenvaartuigen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het binnenvaartuig o
- (scheepvaart) schip geschikt voor de binnenwateren
- ▸ Gedacht werd dat de schipper nog in het binnenvaartuig zat, maar die hoop bleek gisteren ijdel. Toen is het hele schip tevergeefs doorzocht. Ook een zoektocht in het water leverde niets op.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord binnenvaartuig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Zoektocht vermiste schipper Westerschelde hervat” (Zondag 8 februari 2015, 11:16), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.