boerentram

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  boerentram    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈburə(n)ˌtrɛm/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • boe·ren·tram
Woordherkomst en -opbouw
  • samenstelling van  boer zn  en  tram zn  met het invoegsel -en- , zo genoemd omdat de verbinding door boeren werd gebruikt om naar de stad te gaan
enkelvoud meervoud
naamwoord boerentram boerentrams
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deboerentramm

  1. (verkeer) (informeel) (België) personenvervoer tussen stad en platteland per rail over de openbare weg
     Nog meer dan de trein is de buurtspoorweg het vervoermiddel van de smokkelaar geworden. De boerentram, zoals hij in de volksmond wordt genoemd, is het vehikel voor oud en jong, is de held van de smokkeloorlog. Legendarisch worden de boerentrams die uit Antwerpen naar de Kempen vertrekken of uit Brussel het Pajottenland inrijden.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'boerentram' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Herwig Jacquemyns
    “België in de Tweede Wereldoorlog. Deel 2: Een bezet land.”, 5e druk (1984), DNB/Uitgeverij Peckmans, Kapellen, ISBN 90 289 9785 7, p. 63
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.