bontebok

Nederlands

Uitspraak

Geluid: bontebok (hulp, bestand)

Woordafbreking

bon·te·bok

Woordherkomst en -opbouw

samenstelling van bont bn en bok zn met het invoegsel -e-

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bontebok	bontebokken
verkleinwoord	bontebokje	bontebokjes

Zelfstandig naamwoord

de bontebok m

(evenhoevigen) Damaliscus pygargus een antilope uit Zuid-Afrika en omringende landen. Hij is nauw verwant aan de lierantilope. Er zijn twee ondersoorten, de gewone bontebok (Damaliscus pygargus pygargus) en de blesbok (Damaliscus pygargus phillipsi)

Hyperoniemen

koeantilopen, holhoornigen, herkauwers, evenhoevigen, zoogdieren, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren

Hyponiemen (in taxonomische zin)

blesbok

Vertalingen

1. een antilope uit Zuid-Afrika en omringende landen

Engels: bontebok ^(en)

Gangbaarheid

Het woord bontebok staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bontebok" herkend door:

41 %	van de Nederlanders;
41 %	van de Vlamingen.^[1]

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.