boomvarens

Nederlands

Uitspraak
    • (Noord-Nederland): /ˈbom.va.rəns/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈbom.va.rəns/
  • Geluid:  boomvarens    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbomvarəns/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • boom·va·rens
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord boomvarens
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deboomvarensmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord boomvaren
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (varens) een orde Cyatheales  van planten die behoren tot de varens (Polypodiopsida )
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord boomvarens staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.