bootrit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bootrit    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • boot·rit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bootrit bootritten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debootritm

  1. korte (plezier)tocht in een boot
     Aanraders zijn Harms Kippenfarm, het Griezelbos en de bootrit door een tunnel.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord bootrit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Harms Kippenfarm
    “Grote attractieparken zijn uit, miniparken zijn in” (26-07-2017), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.