brandweermens

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  brandweermens    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbrɑntwerˌmɛns/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • brand·weer·mens
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord brandweermens brandweermensen
brandweerlieden
brandweerlui
verkleinwoord brandweermensje brandweermensjes

Zelfstandig naamwoord

debrandweermensm

  1. (beroep) speciaal voor het bestrijden van branden opgeleid lid van de brandweer
     We maken akelige dingen mee in ons werk, dat is bij elk politiemens en elk brandweermens zo.[1]
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord brandweermens staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Jannetje Koelewijn
    “Ik fiets over de dijk en ontspan” (23 november 2007) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.