broekpak

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  broekpak    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • broek·pak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord broekpak broekpakken
verkleinwoord broekpakje broekpakjes

Zelfstandig naamwoord

hetbroekpako

  1. (kleding) dameskostuum met een broek met brede pijpen
    • Ook bij Lanvin was de tweede collectie van de nieuwe hoofdontwerper te zien. De sprankelende jurken van Alber Elbaz, die het huis moest verlaten na een conflict met de eigenaar, zijn moeilijk te evenaren, en het is te prijzen dat Bouchra Jarrar, die voorheen haar eigen couturehuis had, haar eigen stijl trouw blijft. Maar haar zachtroze ballerinajurken en transparante bloes met ruches deden wel erg frêle aan voor deze tijden, ook al werden ze gedragen met stevige, platte schoenen, haar broekpakken weer vrij ingetogen in een seizoen van grote vormen.[1] 
     Chantal droeg een beige broekpak dat nogal vreemdsoortig op hem overkwam.[2]
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord broekpak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.