cœur

Niet te verwarren met: chœur

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  cœur    (hulp, bestand)
  • IPA: /kœʁ/
Woordherkomst en -opbouw
  • Ontwikkeld uit Middelfrans coeur, uit Oudfrans cuer, coer (uit Volkslatijn cor, genitief coris), aangetroffen vanaf de 11e eeuw. [1]
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  cœur     le cœur     cœurs     les cœurs  

Zelfstandig naamwoord

cœur m

  1. (anatomie) hart
  2. (spreektaal) schat, liefste, hartje
    «Bien sûr mon cœur
    Natuurlijk mijn hartje! [2]
Gelijkklinkende woorden

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.