citroensmaak

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  citroensmaak    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ci·troen·smaak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord citroensmaak citroensmaken
verkleinwoord citroensmaakje citroensmaakjes

Zelfstandig naamwoord

decitroensmaakm

  1. de de zurige, zoete smaak van citroen
     Er zat een klein, doorzichtig doosje in gevuld met citroengeel poeder. Het kind leek teleurgesteld, en ook de moeder wist niet wat het was. 'Druivesuiker,'zei Ernst. `Druivesuiker met citroensmaak.'[1]
     Enkele tafels verderop moet er geproefd worden. Er staan piepkleine glazen. Ze zijn gevuld. Maar waarmee? De glazen staan op placemats met afbeeldingen van citroenen. Ook op de viltjes zijn citroenen afgebeeld. Naast de glazen staat een fles Karvan Cevitam met citroensmaak.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord citroensmaak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij , ISBN 9789023479925
  2. Weblink bron “Een avondje autistisch zijn in Wierden” (19-11-2016), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.