claw

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  claw (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /klɔ/
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
claw claws

Zelfstandig naamwoord

claw

  1. (zoötomie) klauw [1] (v.e. vogel e.d.)
  2. (zoötomie) schaar van een kreeftachtige
  3. (figuurlijk) klauw
vervoeging
onbepaalde wijs to  claw 
he/she/it  claws 
verleden tijd  clawed 
voltooid
deelwoord
 clawed 
onvoltooid
deelwoord
 clawing 
gebiedende wijs  claw 

Werkwoord

claw

  1. overgankelijk  klauwen ww ,  grissen ww 
  2. overgankelijk  krabben ww ,  rijten ww 

Gangbaarheid

99 %van de Amerikanen;
96 %van de Britten.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 18 februari 2020 “Measures of word prevalence for 61,800 English words” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.