colsjaal
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: colsjaal (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkɔlʃal / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- col·sjaal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van col zn "opstaande kraag" en sjaal zn "om de hals gedragen kledingstuk"
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | colsjaal | colsjaals |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de colsjaal m
- (kleding) koker van soepel textiel die men om de hals kan dragen
Een colsjaal kan verschillende functies hebben: de keel warm houden, de hals minder zichtbaar maken of gewoon versiering.- ▸ Afgelopen winter waren bevroren oren het resultaat van het opvolgen van het bevel om geen colsjaal om te doen.[1]
Synoniemen
- nekwarmer
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord colsjaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron R. Moelker“Brieven : Zwarte bladzijde” (7 februari 1987) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.