contractant

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  contractant    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • con·trac·tant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord contractant contractanten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

decontractantm

  1. partij die een contract aangaat
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord contractant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
83 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.